Grote weegbree (Plantago major)

Met deze weegbree kennispagina analyseren we technisch de plant “”grote weegbree”” en geven een aantal opties en aandachtpunten om de grote weegbree in een gazon, gras of sportveld te voorkomen en eventueel te bestrijden.
- Familie: Plantaginaceae (Weegbreefamilie)
- Klasse: Spermatopsida (Zaadplanten)
- Orde: Lamiales
Er bestaan verschillende soorten weegbree. De meest voorkomende weegbree soorten (in Nederland) zijn:
- Grote weegbree (10-30 cm): met een bloeitijd van juni tot oktober.
- Smalle weegbree (max. 50 cm): met een bloeitijd van mei tot september
- Ruige weegbree (30-45 cm): met een bloeitijd van mei tot augustus.
Weegbree is een meerjarige plant die vrijwel het hele jaar aanwezig is en komt in de gehele wereld voor. De grote weegbree is een niet bedreigde plant.
Plantago is het latijnse woord voor voetzool. Grote weegbree is zo genoemd omdat de plant vaak langs wegen is te vinden. Het woord is samengesteld uit weg en breed (plant die breed op de weg groeit). Het woord “groot” van grote weegbree verwijst naar de maat van het blad. De grote weegbree is een zogenaamde betredings (tredplant) en vestigt zich makkelijk op kale, beschadigde en enigszins verdichte plekken van een gazon of sportveld.
Grote weegbree is goed te herkennen aan zijn eironde bladvormen en zijn rechtopstaande zaadstengels. De bladeren zijn bij de meeste weegbree soorten parallel nervig, wat eerder een kenmerk is voor eenzaadlobbige. De bladeren vormen een rozet. Deze liggen vrij horizontaal uitgespreid op de grond (vaak bij sportvelden het geval i.v.m. het regelmatig maaien ) of ze staan omhoog, als ze in hoog gras staan (zoals langs wegen).
Dat het blad is een rozet staat is een bewuste evolutie, als het regent, wordt het water door het blad opgevangen en loopt langs de nerven naar de steel en door het gootje naar het hart van de plant, waar de wortel zit. De wortel krijgt zo alle regenwater dat op de plant valt en op de juiste plek.
Goeiomstandigheden grote weegbree
Licht: minimaal half schaduw, maximaal volle zon. De weegbree houdt dus niet van schaduw.
Vocht: minimaal vochtig, maximaal nat. De weegbree houdt dus niet van droge omstandigheden.
Weegbree verspreiding en zaad
Alle soorten weegbree hebben een aarvormige bloeiwijze. De bloemen zijn groen/geel en tweeslachtig. De vruchten (doosvrucht) bestaan uit vier of meer zaden. Met een totaal van maar liefst 20.000 zaden per plant. De grote weegbree staat in bloei van april tot november/december. Insecten komen weinig tot niet op bezoek. Weegbreebloemen hebben geen nectar. Het is de wind die het stuifmeel naar de stampers van andere weegbreebloemen moet brengen. Weegbree zijn windbestuivers. Verspreiding van het het zaad: de kleine kleverige zaden van de weegbree plakken vast aan de poten van dieren, aan (voetbal) schoenen, grasmaaimachine en aan banden. Daardoor worden de zaden van de ene plaats naar de andere versleept ook de wind zorg voor verspreiding van zaad.
Doorgaans kiemen weegbree zaden (in goede omstandigheden) snel. In weegbree zaad bevinden zich: slijmstoffen, vette olie, aucubine en enzymen. Weegbree behoudt kiemkracht ook op lange termijn, zaad kan nog ontkiemen na > 5 jaar het is oliehoudend zaad. Het zaad ontkiemd bij goede omstandigheden en dus bestrijden van weegbree is een kwestie van de lange adem. (gesloten houden van grasmat, voorkomen dat weegbree in bloei komt)
Weegbree in een gras sportveld bestrijden
Plantago major, de grote weegbree is een van de meest voorkomende ongewenste plant in een sportveld. De grote weegbree komt in een sportveld meer voor dan de smalle weegbree. Dit heeft voornamelijk te maken met de hoge betreding, het regelmatig maaien, regelmatige bemesting en speelschade door het sporten. In het sportveld is de grote weegbree het gehele jaar waar te nemen
Grote weegbree zie je vaak op stikstofrijke bodems.
In weinig belopen gras terreinen / velden die niet bemest en weinig of niet worden gemaaid komt de grote weegbree minder voor. Daar zie je meer de smalle weegbree. In de koude periode (najaar) sterft bij de grote weegbree (bovengronds) deels het blad af. De wortel sterft in de winter niet af en bij goede omstandigheden (voorjaar) ontstaat uit deze wortel nieuwe bladeren. Jonge weegbree kenmerkt zich door klein groen blad. Oude grote weegbree herken je aan de ingezonken rozetten in het gras en vaak donker groen blad.

In regelmatig gemaaide grasvelden wordt de groeivorm van grote weegbree gedrongen, met bladeren plat op de grond en in dit geval met een platliggend bloeiwijze.
Eenmaal gevestigd verdraagt weegbree zonder problemen maaihoogtes tot 20 á 25 mm. Na maaien, betreden of onderhoud hersteld weegbree vanuit de reserves in de veelal stevige wortels. Naarmate ze vaker en korter worden gemaaid, (blad krijgt een klap) wordt het herstel afhankelijker van vocht en voeding in de bovenste centimeters.
Pesticiden vrije bestrijding is voornamelijk gebaseerd op uitputting van de eigen reserves in combinatie met een goed herstelvermogen van de (aanwezige) gewenste grassen.
Wortelgestel: de grote weegbree heeft een stevige wortel, die recht de grond in gaat. Zo’n wortel heet een penwortel. Er zitten alleen korte zijwortels aan, waarmee de plant haar voedsel uit de grond haalt. Wied je een weegbreeplant niet met wortel en al uit, dan komt na een tijdje een nieuwe plant uit die penwortel. Het handmatig uitsteken is bij enkele sportvelden (grote hoeveelheid Weegbree) bijna niet te doen en het nadeel is, dat er dan ook (grond) gaten ontstaan. De weegbree heeft een voorkeur voor vochtige, voedselrijke tot zeer voedselrijke grond. Het effect van uitputting is groter naarmate de wortels minder goed ontwikkeld zijn en de bovenste centimeters van de toplaag droger zijn ten tijde van de bestrijding
Weegbree is een overblijvende plant, en sterft in de winter niet volledig, alleen bovengronds, de wortel overwinterd.
Insecten die weegbree blad eten
Er zijn een paar insecten die de bladeren van de weegbree eten.
Goudhaantjes (chrysomelinae / kever) leeft op de bladeren, maar je ziet die weinig, doordat hij zich meestal ophoudt aan de onderkant van de bladeren. Het best is hij te vinden door te letten op in de bladeren gevreten gaten. Die gaten kunnen ook gemaakt zijn door snuittorren. Die eten ook van het blad, maar leggen hun eitjes in de stengel.
De larven van die snuittorren leven in de plant. Soms is dat te zien: de larven van de snuittor Mecinus pyraster eten het binnenste van de bloeiaar op, die er daardoor anders uit gaat zien, dikker en korter dan een niet aangetaste aar.
Heel wat rupsen eten van weegbree, maar de meeste zijn niet op deze plant aangewezen. De rupsen van sommige parelmoervlinders eten het blad van de weegbree, maar kiezen daarvoor gewoonlijk de smalle weegbree die op minder betreden plaatsen.
Duidelijke informatie, bedankt. Kan je ook meer informatie toevoegen over bestrijden van weegbree op natuurlijke wijze in tuin